Mijn telefoon
trilt. Het is 22:57u. Een pop-up van de NOS-app; ‘Leicester City voor het eerst
Engels voetbalkampioen’. Even knijp ik mijzelf in mijn arm. Op het moment van
knijpen gaat er een rilling door mijn lichaam en verschijnt er een kleine
glimlach op mijn gezicht. Het achtste wereldwonder is geschied. We gaan Gary
Lineker echt in zijn onderbroek Match of the Day zien presenteren. Geen Tottenham,
Manchester City of Arsenal. Nee, het is echt waar. Leicester City kampioen!
Maar laten we
wel een kanttekening plaatsen bij dit kampioenschap. Een kanttekening die het
eigenlijk alleen maar mooier maakt. Want het kampioenschap van Leicester City
is eigenlijk niets anders dan het kampioenschap van de plaatselijke bal-op-het-dak
zeven. Natuurlijk ligt het niveau een tikkeltje hoger, maar stiekem vergelijken
wij ons allemaal met Leicester City. Het lijkt een uit de hand gelopen vriendenteam.
Gezellig een potje voetballen op de zaterdagmiddag. Geen poespas. Gewoon bikkelhard verdedigen, doelpunten maken en
daarna de pub in. Zelfs toen gisteren de
beelden van de vreugde uit de woonkamer van Jamie Vardy ons bereikte, leek het
alsof wij allemaal in diezelfde woonkamer stonden. Het herkenningspunt; het
lege kratje Jupiler op de keukentafel en het biertje in de hand van de bewoner
van het huis. We voelden ons thuis.
En probeer nu
niet te ontkennen dat ook jij een kleine glimlach op je gezicht hebt gekregen. Wat
een wonder. Allemaal onder leiding van Ranieri. De manager die geen manager is,
maar een vader voor ons allemaal. Zie je Ranieri zijn dug-out uitlopen, dan
lijkt het alsof er een willekeurige voetbalvader met mooi pak langs de zijlijn
van een amateurveld is geplukt. Heel even geeft hij een subtiele aanwijzing. Kort
neemt hij een speler bij de hand en vertelt hem de juiste looplijn. Ranieri is
de kers op de taart, het neusje van de zalm van het trainersgilde en bovenal
een geweldige man. De personificatie van onze herkenning in Leicester City.
Heeft Leicester
City nu een grote middelvinger getoond naar het moderne voetbal? Het voetbal
dat vergiftigd is door eigenwijze miljardairs, buitenproportionele
transfersommen en zelfingenomen voetballers. Ja, eigenlijk wel. Maar ergens wil
ik er niet aan denken. Ergens wil ik alleen maar blijven dromen. Het verhaal is
te mooi. Een jongensboek dat werkelijkheid wordt. Over enkele weken sluiten we het boek van Leicester City 2015/2016. Dan kunnen de foto’s in het album worden geplakt,
kan de kampioensbeker in het museum achter glas worden opgeborgen en zit
Lineker weer in pantalon voor de camera. Maar voor nu mogen we nog even dromen.
Nog even mogen we ons één voelen met Schmeichel, Fuchs, Huth, Morgan, Simpson,
Albrighton, Drinkwater, Kanté, Mahrez, Vardy, Okazaki en Ranieri. En nog even
mogen we een kleine glimlach op ons gezicht laten toveren door the Foxes.